De lucht binnen lijkt stil, maar ze is altijd in beweging. In de winter wordt ze verraderlijk droog, een sluipend gevaar dat je luchtwegen opent voor virussen. Je ruikt het niet. Je voelt het nauwelijks. Maar je lichaam merkt het.
In de zomer daarentegen beschermt de vochtige lucht je ongemerkt. Met meer dan twee keer zoveel waterdamp vormt ze een natuurlijke barrière, een onzichtbaar schild in de lucht. Droge lucht maakt je kwetsbaar. Vochtige lucht houdt je veilig.
Om dit beter te begrijpen, kun je de lucht zien als een spons. Warme buitenlucht fungeert als een grote spons die veel water kan opnemen, terwijl koude buitenlucht meer lijkt op een kleinere spons die slechts een fractie van die hoeveelheid kan vasthouden.
De rode spons stelt de zomer voor, met zijn grotere capaciteit om waterdamp op te nemen, terwijl de blauwe spons de winter vertegenwoordigt, met zijn beperkte vermogen. Wanneer de kleine spons volledig verzadigd is met water en 100% van zijn capaciteit heeft benut, heeft de rode spons voor dezelfde hoeveelheid water minder dan 40% van zijn capaciteit nodig. In de context van lucht wordt dit percentage de relatieve luchtvochtigheid genoemd. Als we de koude lucht van buiten binnen gaan verwarmen dan daalt de relatieve luchtvochtigheid binnen.
Een tekort aan waterdamp (en warmte) in de winter speelt een cruciale rol bij uitbraken van luchtwegvirussen zoals SARS-CoV-2. Onder een kritische grens neemt het risico toe, daarboven niet. Tijdig ingrijpen bij een te droog binnenklimaat kan uitbraken helpen voorkomen.
Koude, droge buitenlucht in de winter vergroot de kans op luchtweginfecties zoals SARS-CoV-2.
In de onderstaande grafiek zie je een slecht presterend binnenklimaat, waarbij de hoeveelheid waterdamp sterk fluctueert onder invloed van de weersomstandigheden. Deze omgeving beschikt niet over een HVAC-systeem en is slecht geïsoleerd, waardoor buitenlucht via kieren direct naar binnen kan stromen.
In de onderstaande grafiek zie je een binnenklimaat met een redelijk prestatieniveau, waarbij enige weerstand wordt geboden door waterverdamping in de keuken en de directe omgeving. In de zomer lijkt de situatie echter op die in de bovenstaande grafiek, omdat de deuren naar buiten dan vaak openstaan.
De onderstaande grafiek toont een grafiek van een goed binnenklimaat. Dit betreft een goed geïsoleerde ruimte die dankzij het grote glasoppervlak al bij een beetje zonneschijn goed opwarmt. Bovendien bevindt de ruimte zich boven in het pand, waardoor warme lucht zich daar van nature verzamelt.
De houten vloer en de vele boekenkasten, helpen de luchtvochtigheid deels vanzelf te reguleren door waterdamp op te nemen en weer af te staan. Voor de meest uitdagende dagen van het jaar, met name in het midden van de winter, wordt een Stadler Form Oskar luchtbevochtiger ingezet. Hierdoor beschikt de ruimte over voldoende capaciteit om de luchtvochtigheid op peil te houden, zelfs op de moeilijkste momenten.
Het winterse tekort aan waterdamp blijkt een belangrijke aanjager van uitbraken van luchtwegvirussen, zoals SARS-CoV-2. Dat verband is duidelijk zichtbaar in de bovenste grafiek, en bij het onderdeel kennis wordt toegelicht hoe dit verband precies tot stand komt.
Ook na de eerste twee jaar van de coronacrisis, met boosters en een toegenomen immuniteit onder de bevolking, zien we deze patronen terug in de data, zoals hieronder de hoeveelheid RNA virusdeeltjes in het riool. Zelfs de uitbraak in de zomer van 2022 blijkt samen te hangen met weersomstandigheden en het binnenklimaat. Natuurlijk speelt daarnaast ook de wisselwerking tussen virusvarianten en de opgebouwde immuniteit onder de bevolking een belangrijke rol.
Ook het aantal ziekenhuisopnames van patiënten die bij binnenkomst positief testen op SARS-CoV-2 laat zien dat lage specifieke luchtvochtigheid een rol speelt. De pieken in opnames liggen na periodes waarin het aandeel waterdamp in de lucht sterk is afgenomen.
Deze patronen zijn eveneens terug te zien in de sterftecijfers. Alle gegevens zijn afkomstig van betrouwbare bronnen, waaronder het KNMI, RIVM, LCPS en CBS, aangevuld met meetgegevens van drie CO₂-meters uit mijn database.
Soms wijkt een situatie af van het gebruikelijke patroon en juist die afwijking benadrukt de kracht van dat patroon. Dat was het geval in de zomer van 2022. Wie over dezelfde data beschikt als ik, ziet hoe deze uitzondering het onderliggende verband juist bevestigt. Zonder die context lijkt het wellicht alsof er iets totaal anders aan de hand is.
In de zomer deed zich een opvallende virusuitbraak voor. Een analyse van de luchtvochtigheid laat zien waarom. De zomer was uitzonderlijk droog. Op sommige dagen daalde het absolute vochtgehalte bijna tot het niveau dat we normaal gesproken alleen in de winter zien, terwijl de temperatuur opliep tot 30°C. Hierdoor ontstond een lage relatieve luchtvochtigheid, waardoor de binnenomstandigheden verrassend veel leken op die van koude, droge winterdagen. Dit leidde tot een sterke verdamping, gecombineerd met minder ventilatie en airconditioning om de hitte buiten te houden.
Ook december 2022 verliep opvallend. De maand begon koud en droog, maar eindigde warm en vochtig. Dit verklaart de omslag die eind 2022 en begin 2023 werd waargenomen. Zulke uitzonderlijke situaties laten duidelijk zien hoe groot de invloed van droge lucht is op de verspreiding van luchtwegvirussen.
Een eigen monitoringsysteem kan nuttige extra inzichten geven, maar is niet per se nodig. De beoordelingsmethode is zo opgezet dat zo’n 68% van alle binnenklimaten in Nederland uitkomt op 2 of 3 sterren. Dat biedt al een handig startpunt als je nog geen eigen data hebt. Ik werk zelf met 12 CO₂-meters die op vaste plekken staan, en 12 hygrometers die ik tijdelijk inzet om metingen te doen op verschillende locaties.
In dit overzicht bespreek ik de resultaten van het eerste kwartaal en april van 2025. Daarbij staat onze best presterende binnenruimte in de winter centraal. Op basis van temperatuur, luchtvochtigheid en luchtverversing krijgt elke binnenruimte een beoordeling van 0 tot 5 sterren. Deze specifieke binnenruimte scoort 4 sterren.
In mijn grafieken gebruik ik vaste gestippelde referentielijnen voor warmte, waterdamp en luchtverversing. Daardoor kun je in één oogopslag zien hoe de hoeveelheid zich verhoudt tot de minimale streefwaarde (20°C ≈ 20kJ/kg) en zijn de grafieken makkelijk met elkaar te vergelijken.
Wat je in de grafiek niet meteen ziet, is hoe de gegevens zich door de dag heen ontwikkelen. Daarvoor kan ik inzoomen op de data. Zo worden vaste patronen zichtbaar, of juist het ontbreken daarvan.
De grafiek die het verschil in temperatuur tussen binnen en buiten weergeeft, bevat een gestippelde referentielijn voor zowel de maximum- als de mediaanwaarde van dat verschil.
De hoeveelheid waterdamp wordt in dezelfde eenheid weergegeven als de warmte. Zo kun je warmte en waterdamp beide zien als vormen van energie, wat het makkelijker maakt om het binnenklimaat duidelijk en consistent te analyseren. De vaste gestippelde referentie (15 kJ/kg) geeft de minimale streefwaarde aan.
De grafiek die het verschil in hoeveelheid waterdamp tussen binnen en buiten weergeeft, bevat een gestippelde referentielijn voor zowel de maximum- als de mediaanwaarde van deze verschillen.
De grafiek van de relatieve luchtvochtigheid bevat twee vaste, gestippelde referentielijnen die de gewenste ondergrens (40%) en bovengrens (60%) volgens de streefwaarden aangeven.
De grafiek laat zien hoeveel lucht per persoon wordt ververst (in liters per seconde). De gestippelde referentielijnen geven de streefwaarden aan. 10 lps volgens mijn streefwaarden (WHO) en 20 lps volgens ASHRAE 241. De berekening is gebaseerd op CO₂-metingen, waarbij rekening wordt gehouden met de leeftijd en activiteit van de gebruikers.
Bovenstaande grafiek laat de CO₂-waarden zien, met stippellijnen die dezelfde richtwaarden aangeven als de grafiek daarvoor, maar dan in ppm. Deze waarden zijn gebaseerd op volwassenen die zittend werk verrichten.
De meetgegevens van CO₂-meters en hygrometers worden eerst omgezet naar een gestandaardiseerd formaat, zodat ze makkelijk te vergelijken en te analyseren zijn. Zo ontstaan uurwaarden die geschikt zijn om gemiddelden en trends te berekenen. Ook de weergegevens van het KNMI worden op dezelfde manier verwerkt. Hierdoor kan het analysesysteem onafhankelijk werken van het type sensor én van de bron van de weersinformatie.
RMaanden.nl – met expertise afkomstig van gerenommeerde instellingen zoals Harvard, Yale, Virginia Tech en ASHRAE uit de Verenigde Staten.